Zaterdag 23 juli 2011
Echte toeristen
Zaterdag 23 juli gaan we naar de Doi Sutheptempel bovenop de berg tegenover het hotel. Daarna gaan we allerlei ambachten bekijken in een stadje iets verderop.
Om half acht gaat de wekker en na een verfrissende douche gaan we ontbijten. Dat is zoals steeds prima verzorgd en om 09.00 uur staat Han, want die is wel gebleven, met de nieuwe gids voor de deur. De gids heet Mr. Noom. Hij neemt ons mee naar de Doi Suthep tempel, die we bereiken via een slingerende bergweg. We stappen uit en staan voor een trap van 360 treden. Enkele mooi uitgedoste meisjes van de Mon-stam zet ik op de kiek. Het blijkt dat ze hiervoor geld willen hebben, wat hun door hun ouders is ingeprent.
Caroline gaat met de lift naar boven, want ze heeft last van een beenblessure. Gina gaat met haar mee en de rest gaat lopen. Gina en Caroline staan ons boven al op te wachten. Het aantal treden valt best mee, dus we zijn er zo.
De dames blijken niet devoot genoeg gekleed te zijn, dus voor een enkele baht worden wat kledingstukken gehuurd, zodat ze toch mee mogen.
Het heiligste onderdeel van het complex van de Wat Phratat Doi Suthep is de met plaatkoper beklede "gouden" chedi. Dit bevat een relekwie dat volgens de legende door een witte olifant naar de berg Doi Suthep is gebracht.
In het complex lopen veel monniken rond en als we de Chedi aan het bewonderen zijn, zie ik plotseling een vrouwelijke monnik met een lotusbloem in haar hand drie rondjes om de chedi maken. Het is Daphne die aan de ceremonie deel neemt. Je maakt dan drie rondjes om de chedi en je mag een aantal wensen doen, maar die niet aan anderen kenbaar maken. Na afloop steek je een wierookstokje aan en plaatst dat in de houder.
We kijken nog wat rond en overal staan afbeeldingen van Boeddha. Moeder en dochter willen ook nog een keer op de foto en Mr. Noom staat erop dat we nog een groepsfoto maken met de Chedi als achtergrond.
We laten de tempelgebouwen achter ons en gaan de rest van het complex bekijken. Er hangt een hele batterij klokken die allemaal een verschillende klank hebben en geluid mogen worden voor geluk. Sommigen hebben inderdaad een prachtige diep, bronzen klank.
Beelden zijn in het Thaise geloof een belangrijke factor. Soms zijn er toch merkwaardige zaken. Het beeld van de zwarte olifant refereert aan de legende van de witte olifant en om een monster dat half draak, half vis is de naam Mom te geven komt bij onze familie toch wat vreemd over.
Het valt me steeds weer op hoeveel aandacht er is geschonken aan allerlei details van de tempelgebouwen. Het steekt schril af tegen de schamele woningen waarin toch nog steeds veel Thai leven. Vanaf het plein voor de tempel hebben we een mooi uitzicht over Chiang Mai. Helaas is de lucht zo warm en vochtig dat er geen fatsoenlijke foto van het uitzicht te nemen valt.
Omdat het nog maar 11 uur is als we de Wat Doi Suthep verlaten gaan we eerst een deel van het middagprogramma doen. We gaan als echte toeristen diverse handwerkbedrijven bezoeken en gaan als eerste naar een zijdeproducent. Daar kweken ze zijderupsen waarvan ze de spinsels tot zijdedraden verwerken, zoals we horen van onze goed Engels sprekende gids. Helaas heb ik mijn flitser niet bij me, dus ik laat het foto 's maken over aan de anderen in de donkere ruimte waar ze de zijde aan het bewerken zijn.
Zoals we al gewend waren van de reizen naar Maleisië en Indonesië is het ambachtelijke deel altijd ondergeschikt aan het commerciele. Na afloop van de rondleiding worden we door de winkel heen geleid. Het zelfde gebeurt bij de zilversmeden waar we na het bezoek aan de zijdeproducent heengaan. In de zijdewinkel houden we de hand op de knip, maar in de zilverwinkel worden toch enkele sieraden gekocht als aandenken.
Dan is het tijd voor de lunch. We stoppen bij een groot restaurant met uitzicht op het platteland. Er is een prima buffet met genoeg keuze voor iedereen, dus we hebben geen klagen.
Na de lunch gaan we naar het bedrijf waar ze parasols maken en afbeeldingen op T-shirts verven. Caroline laat een olifantentafereel op een t-shirt verven, Gina een vlinder en ik sluit me bij Caroline aan. Het resultaat is prachtig. Daarna bezoeken we nog een edelstenenzaak, waar Sytse en Dahne beide een Boeddhabeeldje voor de ouders kopen en tenslotte gaan we naar een lederwarenzaak waar Daphne twee tassen voor één prijs niet aan haar voorbij kan laten gaan en Sytse en Erik een portemonnee kopen.
We houden het daarna voor gezien. Mr. Noom, waarvan we merken dat hij nogal ijdel is - hij zit constant met zijn handen in het haar en bij elke keer dat we instappen doet hij zijn haar goed in de spiegelende autoruit - brengt ons met Han terug naar het hotel. Ik ga als enige naar het zwembad, maar de rest gaat als "echte toeristen" shoppen in het Central Plaza waar ze diverse schoenen en andere artikelen kopen.
We nemen 's avonds een Red-Cab vanaf het hotel naar de binnenstad. Die brengt ons voor 120 baht er naartoe. We bekijken de nightbazar, een straat vol met stalletjes met kleding, etenswaar en snuisterijen. Het is leuk om er rond te lopen en het nakroost en hun aanhang genieten van het afdingen, wat hen steeds beter afgaat. Tussendoor eten we in restaurant Good View, ons door Mr. Noom aangeraden. Het eten is er uitstekend en er is live-music in het op deze zaterdagavond druk bezochte restaurant. We zien er diverse mensen die we ook op de rondreis zagen.
Na het eten gaan we weer terug naar de nightbazar die op loopafstand van het restaurant is. Tegen tien uur vind ik het welletjes. De jongere garde, maar vooral Erik, zou liever nog even blijven geloof ik.