Maandag 26 maart gaan we naar het Nationale Park Monfragüe dat vooral bekend staat om zijn vele gieren, waaronder de Vale Gier, de Monniksgier en de Aasgier. Maar ook grote aantallen andere roofvogels tref je er aan, waaronder de behoorlijk zeldzame Spaanse Keizerarend. |
---|
We willen op tijd weg om de drukte voor te zijn, maar vooral ook om in Monfragüe te zijn voordat de lucht opwarmt en de gieren al in de lucht zijn. We rijden om 08.15 uur weg en nogmaals om 08.45 uur. Gek? Welnee, Gerrit vergeet zijn telefoon en we moeten vanuit Trujillo terug. Gelukkig is de telefoon terecht, want daar staan ook allerlei vogelgeluiden op. We rijden over de EX308 naar Terrejón el Ribio, de toegangspoort naar het Nationale park. Hoewel de rivieroever in het dal als interessant beschreven staat in de Crosbill Guide rijden we in één keer door naar de Salto del Gitano. Een kale rots waar gieren in groten getale broeden. |
---|
Vanwege de cropfactor probeer ik eerst met mijn 350D en de 100-400mm een aantal foto 's te maken. De resultaten bevallen me matig. Hoewel een Vale Gier misschien nog wel door de beugel kan, bevallen de volgende foto 's van een Aasgier, Europese Kanarie en een Pimpelmees me minder. Veel meer dan bewijsplaatjes worden het niet, dus de rest van de week laat ik de 100-400mm meestal op de 5D. Dan maar wat minder millimeters. |
---|
Veel gieren zitten nog aan de grond en het merelachtige gezang van een Blauwe Rotslijster klinkt vanuit de schaduw van een rots, waar alleen zijn silhouet is te onderscheiden. Maar in het zonnetje aan de overkant stijgen langzaam maar zeker steeds meer gieren op, die rond de top en langs de geelgekleurde bergwand zweven. We zien Roodstuitzwaluwen, Rotszwaluwen en Aalscholvers rondvliegen en dat betekent weer drie soorten erbij. |
---|
De rivier de Taag, afgezet met geelrood zand slingert zich als een blauwe slang door het groene landschap. De steeds hoger klimmende zon verdrijft langzaam de schaduwen op de plek van de Blauwe Rotslijster en steeds meer gieren gaan op de wieken. Sommige daarvan komen best dichtbij. |
---|
Tegen 11.00 uur besluiten we naar het Castillo de Monfragüe te gaan dat tegenover de Salto del Gitano is gelegen aan onze zijde van de rivier de Taag. We rijden terug en nemen de afslag. Het is een steile klim waarmee de Berlingo moeite heeft. We menen even een Bergfluiter te horen en Dave ziet een glimp van een Grijze Gors, maar geen van beide soorten kunnen we "afmaken". We parkeren de auto in de voorlaatste bocht en lopen het laatste stuk omhoog. Gerrit, zoals altijd bij dit soort terrein, voorop. Hij heeft ook niet zoveel mee te slepen. Het uitzicht is prachtig en we stellen ons op zodat we de langsvliegende gieren kunnen fotograferen. |
---|
Het uitzicht is adembenemend. De Salto del Gitano ligt zonovergoten ten westen van ons. In het zuiden kijken we op het typische dehesaslandschap van de Extremadura en aan de noordkant slingert de Taag zich eindeloos voort tussen de groene heuvels. |
---|
Er komen wat Vale Gieren langs, maar we hebben de indruk dat we vroeger in de ochtend hier hadden moeten zijn. We beloven onszelf later deze week nog een keer het kasteel te bezoeken, maar dan eerder op de ochtend. In de verte zien we nog enkele Alpenkraaien wentelen rond de rotsen en een Dwergarend zeilt in alle stilte voorbij. Rond twaalf uur houden we het voor gezien en laten het kasteel achter ons. |
---|
Op de parkeerplaats enkele tientallen meters onder de top nemen we even een koffiepauze, maar ook tijdens een pauze is er wel wat te zien. Er vliegen Snuitvlinders en Grote Vossen rond, allebei een nieuwe soort vlinder voor mij. Een Vale Gier landt vlakbij, maar toch duurt het even voordat ik hem ontdek tegen de lichte rotsen. |
---|
Even verderop stoppen we bij een brug over de rivier. De onderzijde van het bovendek is omgetoverd tot huiszwaluwengalerij. Er zitten tientallen, zo niet honderden nesten en de Huiszwlauwen vliegen af en aan. Het is niet goed vast te leggen, dus je moet het zelf hebben gezien om te weten dat het een fantastische gezicht is. |
---|
We rijden verder het park in en passeren Villareal de San Carlos, een gehucht dat is gebouwd voor de arbeiders aan de stuwdammen in de buurt. We rijden langs een gekapt bos van Eucalyptusbomen, dat nu weer is aangeplant met jonge Kurkeiken. Weinig interessant, maar ik meen rijdende weg een Provençaalse Grasmus te zien vliegen. Te laat om te stoppen echter. Later deze week scoren we op precies dezelfde plek wel deze soort. We stoppen bij de Mirador de la Tajadilla. Een kale rots tegenover een picnicplaats. Niet zo 'n interessante plek op het eerste gezicht, maar wel een plaats om Blauwe Ekster voor de lens te krijgen. In de bijna droge kloof van de rivierbedding rust een roedel Red Deer. |
---|
We nemen plaats onder het jonge geelgroen van de uitbottende iepen en nemen nog een bakje koffie. Ikzelf houd het bij een kop met soep, maar allemaal houden we onze fototoestellen klaar. Hier zouden Blauwe Eksters tamelijk mak zijn en goed te fotograferen. De Blauwe Eksters zijn er inderdaad, maar ze zijn razend snel en moeilijk op de plaat te krijgen. Eigenlijk maak ik geen enkele acceptable foto jammergenoeg. |
---|
De volgende stop is een parkeerplaatsje. Hier vandaan heb je een prachtig uitzicht over de rivier de Tiétar, waar Kleine en Grote Zilverreigers met de Aalscholvers competitie voeren om het eten. Roofvogels, waaronder Zwarte Wouwen en een Slangenarend en gieren zoals Vale, Monniks- en Aasgieren vliegen rond en voorbij. De mooiste waarneming blijft misschien toch wel de Zwarte Ooievaar die met zijn in het zonlicht zwartgroen oplichtende verenkleed enkele rondjes maakt boven de rivier. |
---|
Maar ook de gieren zijn een feest om te bekijken. In een niet aflatende stroom komen ze vanaf de tegenoverliggende heuveltop naar beneden glijden, waarbij ze soms zo dichtbij langsscheren dat ze niet eens meer helemaal in het beeld passen. Alleen de belichting is moeilijk, want ze steken donker af tegen de strakblauwe hemel. |
---|
De op twee na laatste stop van de dag is bij de Portilla del Tiétar. Een rots langs de rivier de Tiétar waar gieren broeden. De gieren zien we inderdaad, maar verder lijkt het erg rustig. We horen echter van een Nederlands vrouw - die in Nederland niets aan anderen zou verklappen, om er zelf in stilte van te kunnen genieten - dat er een Oehoe broedt in een gat tussen de rotsen. We vinden inderdaad een broedende Oehoe, die echter alleen met de telescoop enigszins te onderscheiden valt van zijn of haar twee jongen. De Spaanse Keizerarend, die zich volgens de vrouw ook rond de rots zou bevinden, laat zich niet zien. |
---|
We zitten rustig een klein halfuurtje tegen de rotswand vanwaar we de Oehoe's in het nest kunnen zien zitten. Hoog boven ons prevelt een Blauwe Rotslijster zijn merelachtig liedje en als we weer naar de auto lopen, keurt Dick even een kurkeik, waarvan de onderzijde van de bast van kurk is ontdaan. In het boekje lees ik dat even verderop een hotel is. Daar zullen we best kunnen draaien. Als we er aankomen, zien we een totaal vervallen schuur, die zoals zo vaak gebeurt in Spanje, niet afgebroken is. Het hotel blijkt een eenvoudig onderkomen met een soort rieten dak. Erg aantrekkelijk ziet het er niet uit. |
---|
We rijden terug richting Trujillo, maar stoppen nog even bij de brug over de rivier de Almonte. Een prachtige brug, waar we nog een Witte Kwikstaart en een Cetti 's Zanger aan de daglijst toe kunnen voegen, ligt verstild in het prille avondlicht. |
---|
In Trujillo doen we nog wat inkopen bij de plaatselijke supermarkt en tenslotte maken we de laatste stop bij de stierenvechtersarena waar meerdere Kleine Torenvalken rondvliegen en af en toe op het dak gaan zitten. |
---|
Het is rond half acht wanneer ik mijn fototoestel opberg. Dave kijkt verwonderd op en zegt""Wat ga jij doen?" "Voor vandaag is het genoeg", is mijn commentaar. Niet lang daarna gaan we terug naar de Finca waar we rond half negen weer een lekker maal voorgeschoteld krijgen. Eén nadeel is er wel: we zijn de enige gasten, dus alle 5 de gangen komen direct na elkaar. Dat is zelfs voor de grootste eters onder ons iets te veel van het goede. |
---|
Terug naar de homepage | Meer vogels en natuur | Meer reisverslagen