We waren de eerste bezoekers op het eiland en we liepen op ons gemak de meest oostelijke plas rond. Naast pijlstaarten, smienten, wintertalingen, slobeenden en tafeleenden spotten we een zomertaling. De mooiste waarneming was de velduil die plotseling opvloog vanaf een plaats die we net gepasseerd waren. Het was rustig met steltlopers, waarvan een oeverloper en een witgat aanvankelijk de enige waren. Wel zagen we een kleine vos in een prachtig vers kleed. Verderop bleken erg veel oranje luzernevlinders rond te vliegen. Die wilden eerst helemaal niet meewerken voor een foto, maar toen het wat warmer werd kon ik er toch een aantal keren een plaatje van schieten. Zittend deden ze echter niet eenmaal hun vleugels open jammergenoeg.

De zon ging de eerste uren schuil achter hoge sluierbewolking waardoor alles er aanvankelijk nogal nevelig uitzag. We zagen enkele bonte strandlopers en bontbekplevieren die gezelschap hadden van een drieteenstrandloper. Die werd nog even ter discussie gesteld voordat hij definitief zijn etiket kreeg. Tegen een uur of twaalf begon de zon de overhand te krijgen en werd het meteen warmer. Meer en meer vlinders begonnen te vliegen. Ik had nog nooit zoveel oranje luzernevlinders bij elkaar gezien, maar er vlogen ook veel Icarusblauwtjes.